Een lastige materie, voor veleâŠsoms moet je een jurist/taalkundige zijn om het te kunnen begrijpen.
En dat ben ik ook niet.
Om het moeilijker en ook begrijpelijker te maken mijnâŠ
De vraag is welke van de paden zijn voor fietsers?
Groengele bord Groenkade
Is het pad âniet aangegevenâ dan mag je er ânietâ fietsen. Dus je mag niet op alle paden fietsen. Dat geldt ook voor bromfietsen, motorvoertuigen, ruiters sinds dat â-â verwijdert is ten opzichte van het oude donkergroene bord.
Fietsers en motorvoertuigen hebben hier dezelfde rechten, alleen toegestaan op âaangegeven padenâ.
âaangegeven padenâ, dat kan op vele manieren binnen het gebied. bord fietspad, fietsrouteplattegrond, etc. Het is aan de eigenaar welke vorm hij kiest.
De eigenaar geeft hier zelf âgeenâ fietspaden/fietsroute aan d.m.v. âfietspadâ borden, een routekaart/plattegrond bord, met of zonder, bepijlde route in het gebied met paaltjes of anderszins of verwijzing naar een fietsroute of ruiterroute etc. Als zijnde âaangegeven padenâ.
De eigenaar staat wel toe, dat een andere organisatie, paaltjes met vooraankondiging van een knooppunt richting keuze plaatst bij het naar buiten rijden van het gebied. Bij het inrijden staan de palen mijn inziens niet op grond van de gebiedseigenaar. Hierbij geeft, de eigenaar mijn inziens aan dat je van de knooppuntroute gebruik mag maken als zijnde âaangegeven padenâ. Omdat daarover een route vermeld is. Is een lastige, bij het betreden staat niet het bord dat mogelijk âaangegeven pad insinueertâ op gebied van de eigenaar. En kan je het eigenlijk niet weten.
Fietsknooppunt route, wat houd dat in, is dat alleen voorbehouden aan fietsers, is er een verbod dat andere geen gebruik van mogen maken. Mijn inziens niet. Als het geen verbod in houdt. Zou dan de bromfiets ook van de aangegeven route gebruik mogen maken en zodoende zou kunnen beschouwen als âaangegeven padâ voor bromfiets. (Ik heb het hier niet over, geluid, wat wenselijk is of bedoelt voor, dat is een heel andere discussie).
Het bovenste deel van het bord is informatief Welkomswoord.âVrij wandelen op wegen en padenâ en dan nog iets van hond, wat al gebiedende is.
Dan een verbods stuk: de verboden omschreven.
Bekrachtigd met het stuk vermeldingsverwijzing, wetsartikel naar, art.461 W.v.s
Maar hoe zit het nu met een aangespannen wagen. Niet vernoemd op het bord. (ook hier gaat het er niet om, of het gewenst is en of je er wel of niet langs kan.)
Er staat eronder ook niet. âoverige verboden w.v.s. art 461â. Dat geeft zoân bord weer een andere benadering.
Het rare is dat men spreekt over aangegeven paden ook voor motorvoertuigen, dat insinueert dat er twee soorten paden zijn binnen het gebied.
âaangegevenâ
binnen een gebied.
Als een pad als âaangegevenâ aangegeven is, geld dat alleen voor dat rechtdoorgaande pad, paden links en recht uitkomend op dat pad, zijn verboden, tenzij daar een bord staat âfietspadâ in het geval van fietsers of een verwijzingsbord/paaltje dat de fietsroute (ook) die kant op gaat. Gebiedsroute. Als de route daar niet rechtdoor gaat, is het doorgaande pad verboden te berijden. ( hoe mooi het pad er ook uit ziet) Ook al zou de route van verhard naar onverhard gaan. Een âfietspadâ bord geld dan wel weer voor het rechtdoor gaande, tot het door een ander bord wordt opgeheven Ondanks de route bijvoorbeeld links af ging halverwege dat fietspad.
Manco
Er staan bij de ingangen, hoe âkleinâ (zeer smal pad onverhard) ook niet altijd gebiedsborden, zo kom je een gebied binnen, legaal, te weinig borden. Het is de gebiedseigenaar te verwijten (voorzorgsplicht).
Naast elkaar gelegen eigenaarsgebieden, op deze overgangen staan de borden ook veelal niet.